Baklava met pecannoten, sinaasappel en suikersiroop
Een variant op de traditionele baklava met de friszoete tonen van sinaasappel. De baklava is zo’n 3 dagen van te voren te maken; bewaar afgedekt op kamertemperatuur.
Verwarm de oven voor op 130 graden.
Doe de honing, kaneelstokjes, 200 gram suiker en 225 milliliter water aan de kook in de steelpan op middelhoge stand. Blijf roeren tot de suiker is opgelost. Laat dit inkoken tot je ongeveer 150 milliliter over hebt op een middelmatige warmtebron. Dit duurt ongeveer 15-18 minuten. Doe dit in een kommetje, voeg eventueel de bourbon toe en laat afkoelen.
Doe de pecannoten op een bakplaat en zet in de oven om zo’n 13-15 minuten te roosteren; laat afkoelen.
Doe de noten samen met kaneelpoeder, 1 theelepel sinaasappel rasp, de rest van de suiker in de keukenmachine en maak er een grof gehakt mengsel van.
Plaats een stapeltje filodeegbladen op het aanrecht; leg over de rest een vochtige theedoek tegen uitdrogen. Neem de bodem van de springvorm en snijd of knip de vellen in de vorm van de springvorm. Doe deze terug onder de theedoek en snijd of knip de rest uit.
Zet de springvorm in elkaar. Smeer de vorm in met gesmolten boter en plaats een vel filodeeg op de bodem; smeer deze in met boter. Herhaal dit met filodeeg tot je 5 vellen op elkaar hebt. Verdeel hier 1/5 van het noten/sinaasappelmengsel over. Herhaal het deel met filodeeg en het notenmengsel. Eindig met het laatste vel royaal ingesmeerd met boter.
Eventueel voor effect kun je met een scherp mes een mooi kwadrant patroon in de bovenste lagen snijden. Of maak simpel een ruitpatroon. Zet de springvorm op een bakplaat met een iets hogere rand en bak de baklava zo’n 45 minuten tot deze gaar is. Lepel de afgekoelde siroop in 4 keer over de hete baklava. Laat dit in de vorm afkoelen en decoreer eventueel met krullen van sinaasappelschil.
